Van zwartstrook naar verantwoord groene strook
Met chemische onkruidbestrijding houden we de zwarte strook onder de fruitbomen relatief goedkoop, vrijwel volledig en seizoenslang onkruidvrij via 2-4 bespuitingen per jaar gebruikmakend van bodem-, contact- en systemische herbiciden. Dat type bestrijding staat sterk onder druk in de fruitteelt.
De laatste jaren werden de erkenningen ingetrokken van veelgebruikte herbiciden zoals amitrol (2016), linuron (2018), glufosinaat (‘Basta’, 2019), diquat (‘Reglone’, 2019) en de combinatie glyfosaat + flazasulfuron (Chikara Duo, opgebruik tot 07/2021). Ook de erkenning van glyfosaat (o.a. Roundup) is onzeker na 2023. Dat dwingt gangbare pitfruittelers om op zeer korte termijn hun strategie van onkruidbestrijding drastisch aan te passen.
Een gedeeltelijke verschuiving van chemische naar alternatieve onkruidbestrijding lijkt onvermijdelijk. Daarbij denken we aan mechanische technieken (schoffelen, maaien,...), thermische/fysische technieken (hete lucht/heet water, branden, elektrocutie,...) of biologische technieken (bodembedekkers). Door de tragere werksnelheid van de technieken en hun relatief kortdurend effect op onkruidonderdrukking, is een volledig kale zwarte strook gedurende het hele jaar niet langer het uitgangspunt. Het toelaten van een tolereerbare hoeveelheid onkruid tijdens minder kritische periodes van het jaar wordt een noodzaak.
De projectaanvragers zijn ervan overtuigd dat zeker op middellange termijn de geïntegreerde aanpak van chemisch middelen in combinatie met alternatieve onkruidbestrijding de norm bij de gangbare pitfruitbedrijven zal worden. De nood aan werkbare richtlijnen om die nieuwe aanpak van onkruidbestrijding in de praktijk te brengen, zal naar verwachting nog tijdens de duur van het voorgestelde project (2022-2025) zeer acuut worden.
De globale doelstelling van dit project is dan ook het creëren van een werkbaar en duurzaam kader voor Geïntegreerd Onkruid Management (GOM) in de fruitteelt. In het GOM staat het regelmatig evalueren van de noodzaak van onkruidbestrijding en het verstandig combineren van chemische en/of niet-chemische onkruidbestrijdingsmethoden centraal. Een dergelijk GOM moet een economisch, technisch, ecologisch en sociaal duurzame aanpak van onkruid in de fruitteelt toelaten. De impact op vruchtopbrengst- en kwaliteit, boomontwikkeling en neveneffecten op bodem, microklimaat, ziekten en plagen is cruciaal. Concreet zal het kader voor GOM gecreëerd worden door onderzoek naar de 3 pijlers van die nieuwe aanpak:
- Het bepalen van de kritieke onkruidvrije periode, ofwel de periode waarin geen/weinig onkruid mag voorkomen onder de bomen, omdat er anders economische schade (opbrengst en kwaliteit) ontstaat. Het innovatief karakter van het projectvoorstel is het bepalen van die kritieke onkruidvrije periode op een wetenschappelijke correcte manier. Dat is internationaal nooit consistent onderzocht in pitfruit, zeker niet in het klimaat en de onkruidflora van de Vlaamse fruittteelt.
- Het ontwikkelen van duurzame, geïntegreerde onkruidbeheersingsstrategieën, gebruik makend van chemische en/of niet-chemische onkruidbestrijdingsmethoden. De nadruk ligt op het verstandig combineren van onkruidbestrijdingsmethoden met verschillende werkingswijzen tijdens de kritieke onkruidvrije periode, met het oog op complementariteit of synergie. Dat moet tot economisch, technisch, milieutechnisch en sociaal duurzame onkruidbeheersingsstrategiëen leiden. De meerjarige aanpak in dit project, waarin bestaand onderzoek vaak tekortschiet, maakt die duurzaamheidsevaluatie mogelijk.
- De evaluatie van neveneffecten van onkruidbeheersingsmethodes en -strategieën op specifieke biotische (nuttige en schadelijke fauna, schimmelziektes) en abiotische factoren (nachtvorst, zonnebrand) in de fruitteelt: onvoldoende gekende effecten met een grote impact op duurzaamheid.
- VLAIO Landbouw (LA) project: HBC.2020.3190
- Duur: 1/03/2022 – 28/02/2026
- Contact: TWO-Plant Onderzoek & Management: Bart Vanhoutte, Wim Verjans, Serge Remy; TWO-Fytopathologie: Wendy Van Hemelrijck, Michelle Holtappels; TWO-Zoölogie: Tim Beliën.
- Financiering: VLAIO en sectorfinanciering
- Partners: Universiteit Gent (Benny De Cauwer, Labo Herbologie; Kathy Steppe, Labo Plant Ecologie), Bodemkundige Dienst van België vzw (Wendy Odeurs, Jonas Verellen)