Precisielandbouw biedt de opportuniteit om op een realistische, betaalbare en duurzame manier de Vlaamse en Nederlandse fruitteelt een competitief voordeel te bezorgen. Door variabele teeltmaatregelen worden middelen namelijk enkel ingezet daar waar, wanneer en hoeveel ze effectief nodig zijn, rekening houdende met de variatie in tijd en ruimte. Zo kan met minimale input van hulpmiddelen een maximale oogst met een kwalitatief product tot stand komen. In het project ‘Intelligenter fruit telen’ testten en ontwikkelden we verschillende toepassingen van precisiefruitteelt. Vervolgens pasten we de opgebouwde kennis toe door variabele teeltmaatregelen o.b.v. taakkaarten.
Op verschillende praktijkpercelen brachten we de bodem, de gewas- en fruitontwikkeling in kaart. Ten eerste automatiseerden we het verwerkingsproces om ruwe dronebeelden om te zetten in interpreteerbare kaarten van gewasindices per boom, waaronder de NDVI-index uit multispectrale dronebeelden. Deze is gerelateerd met de groei en gezondheid van de bomen en kan gebruikt worden om taakkaarten voor bijvoorbeeld variabele wortelsnoei en bemesting te genereren. Daarnaast bestaat er mogelijks een verband tussen de NDVI en het stikstofgehalte van de vruchten. Uit RGB-beelden gemaakt tijdens volle bloei kan dan weer de bloesemintensiteit berekend worden. Deze geeft een eerste indicatie van de potentiële opbrengst en kan dienen als basis voor taakkaarten voor variabele chemische dunning. Door de bloesemintensiteit te combineren met twee bijkomende dronevluchten doorheen het seizoen kunnen we bovendien de opbrengst voorspellen. Tenslotte zagen we een verband tussen de multispectrale NDRE-index en de efficiëntie van het irrigatiesysteem op één van de proefpercelen. De NDRE is dus een indicator voor droogtestress en kan gebruikt worden om variabele irrigatiesystemen te dimensioneren.
Niet enkel drones maar ook bodemscans zijn een goede manier om boomgaarden in kaart te brengen. Hoewel bodemkaarten reeds veel informatie geven, kan je met een bodemscan meer details verkrijgen en verschillende zones precies afbakenen. Beide types bodemscan - de Veris-scan (Agrometius, BE en NL) en de EMI-scan (Soilmasters, NL) - meten de elektrische geleidbaarheid (EC) van de bodem. Deze blijkt vaak een grote invloed te hebben op opbrengst en vruchtkwaliteit. Omdat verschillende factoren de EC beïnvloeden, moet het resultaat echter zorgvuldig geïnterpreteerd worden. Vervolgens kan de bodemscan de basis vormen voor verschillende variabele teeltmaatregelen zoals variabele bemesting of bekalking.
Wanneer de ruimtelijke variatie in het perceel gekend is, kunnen we precisiefruitteelt toepassen door teeltmaatregelen variabel uit te voeren. Zo testten we tijdens het project o.a. variabele irrigatie, dunning en snoei in verschillende perenboomgaarden. Bij variabele irrigatie o.b.v. bodemvochtsensoren stemmen we de hoeveelheid water beter af op de behoefte van de plant. Op de korte termijn waarborgen we zo de opbrengst en zien we positieve invloeden op de kleur en het suikergehalte van de peren. Op de langere termijn verwachten we een vermindering van de snoei- en dunningskosten door de scheutgroei en het aantal bloembotten beter onder controle te houden.
Bij de variabele snoei zagen we in het droge jaar 2020 een duidelijke stijging van de gemiddelde vruchtmaat en de verkoopprijs. Hoewel het variabel uitvoeren van handmatige snoei in de praktijk moeilijk uitvoerbaar is, zijn de projectresultaten toch veelbelovend m.b.t. mechanische snoei of wortelsnoei. Die laatste kan nu al variabel aangestuurd worden o.b.v. taakkaarten gegenereerd uit dronebeelden van het voorgaande seizoen.
Omwille van onvoldoende werking van het gebruikte dunningsmiddel kon de meerwaarde van variabel chemisch dunnen nog niet bewezen worden. Onder de juiste omstandigheden (hoger aantal bloembotten) verwachten we echter een betere werking en een groot potentieel voor variabele chemische dunning om het aantal vruchten en daarmee de vruchtmaat en de verkoopprijs te optimaliseren volgens het aantal bloembotten per boom.
Door het variabele perceelbeheer te vergelijken met het gangbare, uniforme perceelbeheer, werd de terugverdientijd voor de fruitteler geanalyseerd en de hulpbronefficiëntie bepaald. Hieruit blijkt dat precisiefruitteelt vooral interessant is voor grotere percelen (min. 10 ha) met veel variatie in groei, opbrengst en/of kwaliteit. Hier kan namelijk het grootste verschil verwezenlijkt worden t.o.v. de gangbare teeltmethodes. Variabele wortelsnoei en chemische dunning kunnen ook meerwaarde bieden op kleinere percelen. Hier is het weliswaar aan te raden samen te werken met een loonwerker die beschikt over de nodige GPS- en precisietechnologie. Opdat variabele irrigatie rendabel zou zijn, moet het aantal sensorsystemen bovendien beperkt worden en de sensorlocaties zorgvuldig gekozen.
Om precisiefruitteelt korter naar de teler te brengen werd tenslotte een online dashboard ontwikkeld en geïntegreerd als Kaart-module in de EVA-app. Zo heeft de teler gratis toegang tot o.a. bodemkaarten en satellietbeelden, kan hij met enkele clicks de resultaten van bodemscans en dronevluchten bekijken en al deze gegevensbronnen in één toepassing met elkaar vergelijken.
Wil je meer weten over de projectresultaten?
Lees dan zeker de technische fiches 'Bodemscan', 'Slimme irrigatie' en 'Kaartmodule EVA' en neem een kijkje in onderstaande rapporten:
Drones worden gebruikt om bloesemintensiteit en vegetatie-indices in kaart te brengen en precisiefruitteelt te kunnen toepassen.
De NDRE berekend per boom uit multispectrale dronebeelden toont de variatie tussen verschillende irrigatieblokken.
Vergelijking van de algemene bodemkaart van Vlaanderen (links) en een bodemscan (rechts) in de Kaart-module van de EVA-app.