Dit onderzoek heeft als doel om de gangbare teelten van aardbeien en houtig kleinfruit te verbeteren door middel van screening, uittesten en beoordelen in onze teeltomstandigheden. Veelbelovende rassen kunnen dan in gecontroleerde praktijkomstandigheden bekeken worden en uiteindelijk samen met de veilingen geïntroduceerd worden op de markt. Productie, vruchtkwaliteit en oogstspreiding zijn de belangrijkste aandachtspunten binnen dit onderzoek.
RASSENKEUZE
Aardbeien
Rassenproeven vormden ook in 2018 een belangrijk onderdeel van het aardbei onderzoek. Het screenen van nieuwe rassen en selecties in volle grond open lucht naar opbrengst, oogstverloop, vruchtsortering en vruchtkwaliteit had hierin het grootste aandeel. Voor de junidragers werden er 31 rassen in fase 1 gescreend en zeven rassen in fase 2 (10-50-01, Scala, Destiny, Faith, 1503, Malling Allure en 1714).
Voor de doordragers waren er 14 objecten in volle grond in fase 1 en 7 objecten (08-06-10, Florentina, 1604, EMR693, 09-44B-04, 10-17-02 en EMR 639) in fase 2. Optimalisatieproeven werden uitgevoerd voor Malling Centenary en Sonsation (junidrgaers) en Verity, 1604 en Harmony (doordragers).
Houtig kleinfruit
In de rassenproef zomerframboos werden, naast Tulameen, 5 rassen getest in fase 1 (warenhuis) en 7 rassen in fase 2 (08.14.5, SO.LU.08.1.5, 06.02.1, T110L6, 08.03.10, 06.15.11 en 08.03.11). Voor de herfstframbozenrassen werden er 17 variëteiten opgevolgd in fase 1 en 4 in fase 2 (TD57, TD76, SO.LR.09.14.1 en Mapema). Kwanza blijft er bij de herfstframbozen met kop en schouders bovenuit steken. Verder werden er ook nog rassenproeven uitgevoerd voor stekelbessen, rode en witte bessen en bramen. Voor rode bes bevindt de variëteit Haronia zich in fase 3 en lopen er verschillende optimalisatie proeven.
VRUCHTKWALITEIT & TEELTTECHNIEK
Aardbeien
Voor aardbeien werd er in 2018 gekeken naar de mogelijkheden van een verse planting voor doordragers in het najaar in een wandelkap. Een doordragerteelt kon op die manier vervroegd worden tot zelfs voor een junidragerteelt. Voor Verity werd gezien dat laat stekken resulteerde in een algemene verbetering van de productie in het seizoen (en dit gaf geen aanleiding tot de aanmaak van meer uitlopers). Het positieve effect van belichten is geringer indien de planten reeds veel koude hebben geaccumuleerd. Het werken met verse stekken bij doordragers heft mogelijk potentieel voor zeer vroege doordragende rassen die weinig koude nodig hebben en waarvan al vroeg stekken gemaakt kunnen worden in belichte kassen of in warmere teeltgebieden.
Houtig kleinfruit
Bij blauwe bessen werd er gezien dat een verschil in EC bij fertigatie van blauwe bes een rasafhankelijke invloed heeft. Voor Kwanza werd er verder gewerkt op het zo vroeg mogelijk laten starten van de productie in het voorjaar en het zo lang mogelijk door produceren in het najaar met behoud van optimale productie en vruchtkwaliteit. Voor rode bes werd de nieuwe variëteit Haronia opgevolgd in verschillende teeltsystemen, namelijk in serre, warenhuis en onder regenkap.